Het woord “mandala” komt uit het Sanskriet en betekent: centrum, cirkelomtrek,
magische cirkel. Het maken c.q. uitbeelden van mandala’s is een heel oud
gebruik. De eerste mandala’s zijn ca. 25.000 jaar geleden gemaakt, in de vorm van rotstekeningen.
De Zwitserse psychiater en psycholoog Carl Gustav Jung introduceerde de mandala in
Europa. Hij maakte een tijdlang iedere dag zelf een mandala om te bezien hoe
hij zich die dag voelde. Later liet hij zijn patiënten regelmatig een mandala
maken en gebruikte deze dan tijdens hun therapie. Mandala’s tekenen kun je op
diverse manieren doen. Bij de manier die ik hanteer, wordt er een cirkel op een
vel papier voorgetekend. Er worden verder geen instrumenten (passer, lineaal,
etc.) gebruikt anders dan kleurpotlood, kleurkrijt of verf. Iedereen kan een
mandala tekenen. Je hoeft geen tekentalent te zijn.
De bedoeling is dat de mandala zonder vooropgezet plan vanuit het midden van de cirkel
wordt getekend en gekleurd. Na een korte ontspanningsoefening en met rustige
muziek op de achtergrond begint een ieder aan zijn mandala en ontstaan de
vormen, kleuren en symbolen gaandeweg “vanzelf”. Er wordt gewerkt met
associatiewoorden. Deze vorm van mandala tekenen is gebaseerd op de Jungiaanse
psychologie.
De mandala- cursussen worden niet als therapie aangeboden, maar kunnen wel therapeutisch werken.